Catégorie: Multiresidentiële Gebouwen

8 sociale woningen met een laag energieverbruik en een speelplaats

Het project wordt uitgevoerd in de Cité Van Belle in Saint-Nicolas (Luik), ter vervanging van 2 gebouwen die stabiliteitsrisico’s vertonen (bodeminstabiliteit).  Deze tuinwijk uit de jaren 1920 is georganiseerd rond een uiterst gestructureerd, gesloten blok, dat geritmeerd wordt door de strikte herhaling van typegebouwen (blok van 4 semi-vrijstaande woningen).  Deze rigoureuze herhaling is verre van monotoon, ze creëert een grote harmonie, geeft kalmte en rust en wordt door geen enkel “vreemd lichaam” verstoord.

De architectuur van de gebouwen is rationeel, sober, efficiënt, lijkt streng tot zelfs sober.  Maar bij een aandachtigere observatie blijkt er een veelheid aan details en subtiele uitvoeringen aanwezig te zijn, die aan de gebouwen een zekere poëtische uitstraling geven.

In de gegeven context is een discrete aanpak vereist.

Het programma vereiste de bouw van 8 sociale woningen, waaronder 3 PBM’s en een speeltuin voor de kleinsten. Stonden te onzer beschikking: 3 lege bouwpercelen (gesloopte huizen), waarvan 2 zij-aan-zij gelegen (±1300m²) en 1 geïsoleerd (±1000m²).  De verdeling van het programma op de site en de typologie van de woningen werden overgelaten aan de voorkeur van de bouwheer.

Onze aanpak bestond erin:

1) De geschiedenis en de ontwikkeling van de woonwijk Van Belle te begrijpen.

2) De kwaliteit van de gebouwde context te observeren, te analyseren en te erkennen om er de eigenheid en schoonheid van te doorgronden.

3) De gevolgen van de sloop van vervallen gebouwen en vooral de mogelijkheden van de nieuwe ruimte in kaart te brengen, rekening houdend met de inzet van het programma en de wensen van de bouwheer.

4) In de gegeven context discreet te werk te gaan: door de waarde van het bestaande te verhogen en er een nieuwe dynamiek aan te geven.

Ons voorstel was:

1) om de lege kavel in te vullen en de schade aan de mazen van de woonwijk te herstellen door een nieuw gebouw in te planten dat de typologie van de lokale bouwstijl (grootte, toonzetting, ramen, …) en de beschuttende functies strikt respecteert: 4 semi-vrijstaande woningen GLV +1 met privé-tuinen.

2) om de ligging aan de rand van de woonwijk (en tegenover bestaande collectieve infrastructuren), de oppervlakte en de helling van de 2 semi-vrijstaande percelen te benutten om er een gebouw met 4 appartementen en een speeltuin te realiseren. Het gebouw is ingedeeld in 4 appartementen op hetzelfde niveau (inclusief 3 PBM’s), 2 op de gelijkvloerse verdieping en 2 op de bovenverdieping (toegankelijk via een platform).

3) om dit nieuwe gebouw haaks op de weg en de bestaande inplantingslogica te plaatsen. In overeenstemming met de 2 aangrenzende blokken, wordt zodoende een ruime en extraverte openbare buitenruimte afgebakend en gecreëerd.  In deze ruimte bevindt zich de speeltuin.

4) om de bestaande steeg te verlengen die van de ene naar de andere kant van de woonwijk loopt maar die onderbroken was (doodlopende weg) ter hoogte van de dubbele percelen.  Door de steeg opnieuw te verbinden met het openbare domein, via een verlenging tot de nieuwe speeltuin en via een uitbreiding naar het speelplein voor jongeren (agora) aan de andere kant van de straat, blazen we een nieuwe dynamiek in de woonwijk, waardoor deze toegankelijker wordt voor haar onmiddellijke omgeving en dus minder angst opwekt.

Met deze combinatie van doordachte indeling en ingehouden architectuur (geïnspireerd op de bestaande gebouwen, waarvan ze de kenmerken op een hedendaagse manier herinterpreteert), willen we deel uitmaken van de geschiedenis en de ontwikkeling van de Cité Van Belle en er de onvergankelijkheid van bestendigen.

Residentie “contre le Bastion”

Dit bouwproject maakt deel uit van een globale milieuaanpak: beperking van het energieverbruik, maar ook van de uitstoot van vervuilende stoffen tijdens de verschillende levensfasen van het project: de bouw, het gebruik, de ontmanteling of de transformatie. Om dit doel te bereiken is het gebruik van natuurlijke, lokale en weinig verwerkte materialen van fundamenteel belang. Het gebruik van hout in een bosrijke en gematigde streek is dus een natuurlijke reflex. Dit materiaal voldoet namelijk aan een breed scala van technische toepassingen en voldoet tegelijkertijd aan specifieke milieueisen. 

In de provincie Luxemburg is de houtindustrie door de aanwezigheid van grote bossen goed ingeburgerd. Het gebruik van hout in Aarlen draagt dus ook bij tot de ondersteuning van de lokale economie en kleine bedrijven. Deze ambachtelijke kmo’s staan soms aan de spits van de innovatie (zo leverde het bedrijf Artbois, dat de houten structuur van het gebouw vervaardigde en monteerde, de ongebruikelijke overspanningsbalken die het mogelijk maakten om de structuur van de Notre Dame de Paris na de brand te consolideren). 

Het perceel is gelegen op de heuvel van St Donat, het oude historische centrum van de stad Aarlen. Plaats van verschillende vestingwerken sinds de Romeinse tijd, heeft deze sinds lang arme en gesloten wijk een authentieke kant behouden, een mooie mix en het sociale leven. De huizen zijn algemeen gesproken bescheiden, klein van omvang en zonder tuinen. De nieuwbouw is ingevoegd tussen een voormalig pakhuis (GLV +2) dat omgebouwd is tot een woonblok en een kleine eengezinswoning. Het doel was om afmetingen en uiterlijk bescheiden te houden. De kroonlijst is getrapt en ligt tussen de hoogtes van de buren. Het natuurlijke, lokale hout in combinatie met een natuurlijke lindecoating versterkt de integratie in deze authentieke omgeving.

Het gebouw is gecentreerd op een sterk gehoekte, herhalende straathoek. De voorgevel is smal en daardoor vrij discreet (2 x 8 m), terwijl de achtergevel waaiervormig (26 m) naar buiten opent. De diepte van het gebouw is 13 m. Ondanks de smalle gevel heeft het gebouw een relatief groot bebouwd oppervlak. De bedoeling was om eerder grote appartementen te creëren om grote gezinnen te huisvesten. Aan de linkerzijde van het gebouw zijn 3 appartementen van 110 m² en 4 slaapkamers boven elkaar geplaatst. Aan de rechterkant van het gebouw bevinden zich achtereenvolgens appartementen van 50 (1 slaapkamer), 85 en 90 m² (2 slaapkamers). De aanwezigheid van nieuwe gezinnen met kinderen doet de wijk weer opleven. 

Het perceel is niet erg diep (23 m). De beperking van de diepte van het gebouw tot 13 m maakt het mogelijk om aan de achterzijde een oppervlakte te behouden voor het parkeren van één auto per woning. De omvang van de parkeergarage is beperkt tot de strengste eisen om een mooi aangelegde siertuin te behouden. 

Een andere doelstelling van het project was om ontmoetingen tussen de bewoners te stimuleren, om een vorm van gemeenschapsgevoel te creëren en tegelijkertijd elk gezin de privacy te garanderen die het nodig heeft. Daartoe worden verschillende vrijetijds- of technische voorzieningen gedeeld onder de bewoners van het gebouw, maar ook met de bewoners van het naburige gebouw aan de linkerkant (8 appartementen). De belangrijkste gemeenschappelijke vrijetijdsvoorziening is de wellnessruimte (terras met Scandinavisch bad, sauna en 14 m zwembad) op de 3e verdieping van de residentie. Andere faciliteiten zijn een sportzaal en een zaal voor tafeltennis, miniterreinen voor basketbal, voetbal en floorball, een trampoline, een tuinhuis en een micro-kippenhok. Zowel kinderen als volwassenen delen deze faciliteiten met veel plezier. Volwassenen ontmoeten elkaar ook in de wasruimte en in de gemeenschappelijke werkplaats. Ze organiseren zich om de gemeenschappelijke verwarmingsvoorziening samen te bedienen: een verwarmingsketel met houtblokken. Ze verdelen de aanvulmomenten. 

Tot slot werd het gebouw op de gelijkvloerse verdieping en op -1 tegen een oud verstevigingsbastion in Vauban-stijl uit de 17e eeuw gebouwd. Een doorloopappartement en een duplex met aangepaste mezzanines laat de oude omwalling over de hele lengte en hoogte vrij om deze goed te laten uitkomen.

WOODSKOT

Het doel van het project was om ademruimte te geven aan het bouwblok en zowel licht als regen maximaal te laten doordringen. Het projectperceel betreft een voormalig bedrijventerrein, een volgebouwde, driehoekige site gelegen achter de 18/19e -eeuwse huizen van de Camuselstraat en de Zennestraat in het centrum van Brussel. Verlost vande verlaten vage schuren, hallen, werk- en opslagplaatsen is er op de site nu plaats voor licht, lucht en groen voor de bewoners en omwonenden.

Het project voegt 74 studentenkamers met gemeenschappelijke

keukens en leefruimtes en 17 studentenkamers met eigen keuken toe in het centrum van Brussel. Het project kent een ideale ligging ten zuiden van de Dansaertwijk en de Sint-Gorikshallen, niet ver van de HUB (Hogeschool Universiteit Brussel) en de Erasmushogeschool. De markt voor studentenkamers is in volle groei in Brussel, met een vraag die ruimschoots groter is dan het huidige aanbod. Tegen 2025 zullen er naar verwachting bijna 10.000 studenten meer in Brussel zijn.

Het project Woodskot wordt aangevuld met 11 sociale woningen, voorzien van ondergrondse parking. Deze worden gelijktijdig aan de achterzijde van het gebouw gebouwd, met toegang via de naastgelegen Zennestraat. Hoewel beide polen na de bouw geen onderlinge connectie meer hebben, voorziet het project op deze manier ook op de immer grote vraag naar sociale huisvestiging in de hoofdstad. De unieke diversiteit van studenten- en sociale huisvesting is op deze manier een positief aspect voor de wederopleving van de wijk.

De verharde oppervlakte van het perceel, oorspronkelijk 97%, werd teruggebracht naar ongeveer 60%. Licht en regen kunnen hierdoor maximaal doordringen, wat in Brussel een grote troef is: gebouwen moeten regenwater bufferen dan wel het zoveel mogelijk ruimte geven om door te dringen in de ondergrond. In dit ontwerp was er ruimte voor beiden: het met sedum bedekte dak houdt de regen vast, door het gebruik van regenwaterputten recupereren we water, maar we zorgen vooral voor doorlaatbaarheid door veel vrije ruimte tussen de gebouwen te laten, waar bomen worden aangeplant.

Árter Architects bekwam in samenspraak met de stad Brussel een afwijking op de stedenbouwkundige voorschriften m.b.t de te benutten bouwdiepte waardoor het mogelijk werd een open binnenplaats te creëren. Er werd gekozen voor een hoofdgebouw van zes verdiepingen (GLV +5) aan de straatzijde met een patio omringd door passerelles die toegang geven tot de kamers. In het midden van het terrein volgen twee gebouwen van elk twee verdiepingen de randen van het perceel waardoor centraal veel open ruimte overbleef voor het aanleggen van een grote tuin.

Appartementsgebouw – Les Jardins de Stockem

Het project wordt gebouwd in het achterste gedeelte van Stockem, een dorp aan de rand van Eupen.

Appartementen op het platteland, maar in de onmiddellijke omgeving van de stad (direct toegankelijk met het openbaar vervoer, met de fiets of zelfs te voet) en dicht bij alle voorzieningen zoals winkels, scholen, diensten, …

Het hele terrein werd gesaneerd. Hangars en vervallen bijgebouwen werden afgebroken en grote gebetonneerde oppervlakten werden uitgebroken.

De inplanting is geïnspireerd op de lokale typologie door de creatie van twee duidelijk afgebakende in- en uitspringende volumes.

De bouwdichtheid is aangepast aan de geografische ligging, het woningtype en de behandelde oppervlakte.

De typologie en het uitzicht van het gebouw zijn in harmonie met de omliggende gebouwen.

Het project integreert zich perfect in de natuurlijke omgeving en de aanwezige krachtlijnen.

(vorm van het terrein, inplanting naar achter, reliëf naar het noorden, vijver, bestaande vegetatie, …).

Het project bestaat uit 20 wooneenheden.

Om de diversiteit te bevorderen, omvat het project 1-, 2- en 3-slaapkamerappartementen die als volgt verdeeld zijn:

– 5 eenkamerappartementen,

– 11 appartementen met 2 slaapkamers,

– 4 appartementen met 3 slaapkamers.

De woonomgeving werd met aandacht ingericht en er werd prioriteit gegeven aan groene zones en waterdoorlaatbare verhardingen.

De inrichting van de woonomgeving voorziet bovendien in extra overvloedige begroeiing (bomen, hagen, …).

Om de levensvatbaarheid van het project op mobiliteitsvlak te garanderen, werden talrijke indoor parkeerplaatsen voorzien, evenals buitenparkeerplaatsen in tegels/gazon.

Er werd bijzondere aandacht besteed aan zachte mobiliteit via aansluitingen met de voetgangers- en fietspaden naar het stadscentrum. Er is ook een indoor fietsenstalling evenals een tweede overdekte fietsenstalling buiten, …

De behandeling van de gevels is sober en privilegieert het gebruik van lokale materialen en van kleurtinten die afgestemd zijn op de omgeving.

Ook wordt sociaal contact aangemoedigd door de beschikbaarstelling van gemeenschappelijke ruimtes (tuin, petanqueveld, …).

Cohousing Drongen “De nieuwe W”

Deze onbebouwde percelen vlak bij het station van Drongen lagen in het midden van een verkaveling uit de jaren 80. Ze bleven onbebouwd omwille van de nadelige vorm en de aanwezigheid van een gracht. Het grenst ongeveer aan 50 buren en uiteindelijk vonden er 6 families hun stuk, ze delen de grote tuin en een gemeenschappelijk paviljoen.

Het opwaarderen van deze middenzone voor nieuwe bebouwing was de basis voor het oprichten van een mini-cohousing. Met 6 units in 2 bouwblokken, werd een juiste schaal op maat van de wijk gevonden.  De woningen werden quasi noord-zuidgericht. Aan de zuidzijde liggen privé-tuintjes en aan de noordkant de grote gemeenschappelijke tuin.

Door te werken met een wisselende houten gevelbekleding en een aangepaste alineëring van het buitenschrijnwerk, bekomen we twee gedifferentieerde bouwvolumes die het gemeenschappelijke benadrukken en ruimte laten voor accenten die individueel verschillen.  De vorm is een archetypische woning met 2 bouwlagen en een hellend dak, die je vaak in deze buurt terugvindt.

Vooraan op het terrein werd in overleg met monumentenzorg de oorspronkelijke historische boerenarbeiderswoning behouden en ingevuld als gemeenschappelijk paviljoen bij wijze van schakel naar de straat en buffer voor mechanisch verkeer. Aan de Schuiterstraat kun je parkeren, maar daarna kom je in een oase van rust, een paradijs voor kinderen.

Door een evenwichtig plan, voldoende overleg met de buurt en het respecteren van de afstand tot de perceelsgrenzen ontstond een nieuwe wijk in een wijk. Alles is perfect geïntegreerd.

Het project is gestoeld op de principes van duurzaamheid en cohousing :

– duidelijke scheiding van gemotoriseerd verkeer en ander verkeer. Wagens worden aan de rand van de site gehouden. Bewoners gebruiken de fiets, de bolderkar of gaan te voet om hun woning te bereiken. Die verplaatsing geeft ruimte voor ontmoeting.

– het paviljoen als gemeenschapsruimte staat als een baken aan de ingang. Het is de centrale plek.

– er zijn verder collectieve voorzieningen voor regenwaterverzameling en -verdeling. De overloop van de regenwaterputten gaat naar de wadi. Hiervoor werden de bestaande grachten uitgebreid en gebruikt als infiltratie.

Dwars op de principes van de traditionele verkaveling waarbij iedereen op z’n kavel leeft, krijgen we hier een gemeenschappelijkheid en open ruimte. Ook in deze COVID-19 crisis blijkt deze woonvorm een goede oplossing te bieden voor wederzijdse solidariteit en versterking.

Residentie De Kloef

A. Meerwaarde

Op de site stond vroeger een oud fabriekspand, bouwvallig en deels ingestort.

Het was geen fraai beeld en een duidelijke kankerplek voor de aanpalende woningen, waarvan hun tuinen uitgaven op de site.

De naam van de residentie legt de link naar het verleden. Het fabriekspand deed aanvankelijk dienst als klompenfabriek.

Het perceel had een groot niveauverschil tussen de voorliggende straat en de

achterperceelsgrens.

Het gebouw is redelijk uitgestrekt in de lengte, maar door het niveauverschil en de laag overhangende dakconstructie achteraan komt het gebouw zeker niet dominerend over.

Daarenboven is het grote dak voorzien van een uitgestrekt groendak, zodat de aanpalende

buren enkel het groendak zien.

B. Integratie

Het gebouw bevat 16 assistentieflats. Het concept van het gebouw bootst een dorpsstraat na. Alle flats geven met hun voordeur uit op de straat. De straat is aan de andere zijde begrensd door de grote glasgevel en de cirkelvormige zuil, die dienst doet als ontmoetingsplaats (dorpspleintje).

De bewoners kunnen met hun stoel of bank voor de deur zitten en de passage in de straat aanschouwen. Het sociaal weefsel in dit gebouw wordt sterk gevoed door dit concept. Men vertoeft het grootste deel van de dag in de straat.

Het groendak (dat voor de evaporatieve koeling van het gebouw zorgt) is aangelegd omdat de infiltratie van het regenwater onmogelijk was op het terrein (gebrek aan oppervlakte + sterke kleihoudende ondergrond).

Het water van het groendak wordt verzameld in grote regentanks en wordt dagelijks terug op het dak gepompt. Daarbij creëren we een extra koeling voor het gebouw.

C. Optimalisatie

Het bouwperceel werd optimaal ingevuld, zonder een te groot en te dominant volume in de omgeving te creëren. Mede door het niveauverschil op het terrein, gaat het laag doorhangende dak naadloos over in het groen van de tuin. De hoger liggende tuinen van de achter aanpalende buren sluiten visueel aan op het groendak.

Appartementsgebouw KIETUDE

Het project bevindt zich dus in het historische centrum van de Belgische stad Namen. In een smalle steeg juist naast het station. In de buurt kunnen we art-deco-huizen vinden. Een van de uitdagingen was om een eigentijdse architectuur voor te stellen die zich perfect integreert in de art-deco-omgeving van het historische centrum.

Het terrein is extreem klein, slechts zesennegentig vierkante meter, bovendien is het meer breed dan dat het diep is. Volgens de geldende stedenbouwkundige voorschriften mocht het nieuwe gebouw niet hoger zijn dan 17 meter. Een ander kenmerk van het perceel is dat het hoofdzakelijk mono-georiënteerd is. De breedste gevel op het zuiden mocht open zijn, maar de andere niet, omdat ze aan andere eigendommen grenzen. Slechts een deel van de noordgevel kon worden geopend omdat deze uitkeek op de eigendom van dezelfde eigenaar.

De uitdaging was om 10 appartementen te zetten op een klein stukje grond. De CLT-constructie had het voordeel dat ze de dikte van het muurcomplex vermindert, waardoor de bruikbare oppervlakte van de appartementen vergroot kon worden. Op elk niveau is de gevel gevouwen als een lint, waardoor er ruimtes ontstaan die boven de straat hangen. Door de gevel volgens een geometrisch raster om de twee verdiepingen anders te plaatsen werden extra ruimtes gecreëerd. In dit geval zijn de terrassen op het zuiden gericht.

Het feit dat de gevel gevouwen is, geeft hem een dikte die toelaat om hem te transformeren in een echte leefruimte, zowel binnen als buiten. Het doel was om een energie-efficiënt gebouw te zetten met een beperkte milieu-impact.

De keuze van de houtconstructie was oorspronkelijk ingegeven door structurele eisen. Het gewicht van de structuur wordt er driemaal lichter door. Dit was belangrijk omdat de bodemproeven hadden uitgewezen dat het perceel een lage draagkracht had.

Bovendien geeft het speciale ontwerp van de gevel een zeer laag aantal draagpunten. Het gewicht zo laag mogelijk houden was daarom dus cruciaal.

De tweede reden die het gebruik van hout interessant maakte was de kleine omvang van het perceel en de wens om de bruikbare oppervlakte te optimaliseren. De constructie in hout in plaats van beton liet toe om de vereiste isolatiedikte te verminderen. Elk appartement wint bijna een vierkante meter op de samenstelling van de muur.

Bovendien kon het werken met CLT-vloeren het probleem van de balkons efficiënt oplossen door één enkel horizontaal structuurelement te gebruiken voor binnen en buiten.

Hout is bijzonder geschikt voor het verspringende buigspel dat de architecten wilden realiseren.

Tot slot bood CLT het voordeel dat de bouwtijd verkort werd. Dit was belangrijk omdat het project zich op een weg in de binnenstad bevond waar de werffaciliteiten een belangrijk deel van het budget vormden. Het gebouw kon in 6 weken tijd verhoogd worden, aan één verdieping per week. Het gebouw was zeer snel droog, aangezien alle ramen besteld waren vóór de montage van de CLT-structuur.

Aangezien CLT zeer makkelijk zichtbaar kan blijven, kan men besparen op een hele reeks afwerkingskosten.

Het doel van het project was het creëren van kleine wooneenheden met een vrij hoge dichtheid, maar met behoud van een zekere levenskwaliteit. De houten constructie beantwoordde perfect aan dat programma. De gevel, met zijn spel van trappen en overstekken, past perfect in het architecturale ritme van het steegje, dat gekenmerkt wordt door art-deco-huizen met karakteristieke boogramen.

Projet Perle

Meerwaarde van het gebouw voor de omgeving

De realisatie van het project maakt deel uit van het wijkcontract “Cinema – Belle Vue”, deel 2 en is gelegen in de gemeente Molenbeek. Het project omvat de bouw van een appartementsblok met 17 passiefwoningen die via een sociaal verhuurkantoor zullen verhuurd worden aan gezinnen met een bescheiden inkomen, en een gemeenschappelijke ruimte. Het perceel is gelegen op de hoek van de Parelstraat en de Cinemastraat in 1080 Sint-Jans-Molenbeek. Het programma wordt voornamelijk gedreven door de groeiende vraag naar sociale woningen voor grote gezinnen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Integratie en geschiktheid van het gebouw in sociale, milieu, landschappelijke en economische context

De ingang van het gebouw bevindt zich aan de kant van de Parelstraat en profiteert van de vrijgemaakte ruimte in de Waterpasstraat om zijn zichtbaarheid te verhogen. Hij is volledig opengewerkt naar buiten toe en is beschermd tegen de wind. Hij is verlicht op een natuurlijke manier en geeft een vogelperspectief op de gemeenschappelijke tuin. De openbare ruimte lijkt verder te lopen in de semi-private ruimte van het woonproject.

De ingang van de woningen op het gelijkvloers werd aan de tuinzijde gebouwd. Deze buitenruimte werd voorzien van banken, er werd lage beplanting tegen de achtergevel geplaatst, er zijn struiken en er is een overdekte en beveiligde fietsenstalling. De gemeenschappelijke ruimte op het gelijkvloers beschikt over een bergruimte voor kinderwagens en fietsen, en is direct toegankelijk vanaf de ingang. De circulatiezones en toegangen tot de appartementen zijn zodanig gedimensioneerd dat ze gezelligheid creëren.

Optimalisatie van de beschikbare bouwoppervlakte in overeenstemming met de stedenbouwkundige regels

Afhankelijk van het aantal slaapkamers werd de netto-woonoppervlakte van de woonkamers, eetkamers en keukens verhoogd ten opzichte van de minimale vereisten. De circulatiezones in de wooneenheden werden geoptimaliseerd zodat meer ruimte kon behouden worden voor de leefruimtes, en dan vooral voor de living waar het hele gezin comfortabel samen moet kunnen zijn. (zie plattegrond)

MUG-CASAVIVA

Dit eco-renovatieproject in het centrum van Brussel, bouwt een voormalig kantoorgebouw om tot een appartementsgebouw.

De 12 gecreëerde wooneenheden worden beheerd door een sociaal verhuurkantoor. Ze zijn van variabele grootte (STUDIO…3-kamer) en zijn georganiseerd in een intergenerationele gegroepeerde woonvorm, aangepast aan personen met beperkte mobiliteit (PBM).

Op het gelijkvloers bevindt zich een onthaal- en dienstencentrum.

De vroegere sombere binnenplaats is nu een open, lichte plek met een kleine tuin.

Het dak werd omgebouwd tot een stadsmoestuin met gemeenschappelijk terras.

VÓÓR:

– smalle en donkere straat gedomineerd door auto’s

– gebrek aan sociale controle en transparantie

– onbehaaglijke sfeer (verkeer, geweld)

– monofunctioneel gebouw met kantoren

– compleet verouderde bouwschil

– gevoel van onveiligheid, van onbewoonbaarheid

– slechte toegankelijkheid

– gebrek aan beplanting

NA :

+ verbetering van de openbare en private ruimte

MEER LICHT EN TRANSPARANTIE, GEBRUIKSVRIENDELIJKHEID

+ verbetering van de functies

MIX VAN BETER AANGEPASTE FUNCTIES

+ verbeterde prestaties, duurzaamheid

RENOVATIE VAN DE BOUWSCHIL

+ verbetering van de gevoelswaarneming

VRIJGEVIGHEID EN GEZONDE MATERIALEN

+ verbetering van bestaand erfgoed

HERGEBRUIK VAN DE STRUCTUUR, HERWAARDERING

+ verbetering van de zichtbaarheid en toegankelijkheid

DEELNAME AAN DE OPENBARE RUIMTE + ZACHTE MOBILITEIT

+ verbetering van de groenvoorziening

TUIN + DAKTUIN + NATUURLIJKE MATERIALEN

De kantoren, de bijhorende parkings en magazijnen werden omgebouwd tot:

– 1150 m² woningen en gemeenschappelijke ruimtes

– 219 m² ruimte voor een dienstencentrum

– 193 m² terrassen en balkons, inclusief een moestuin

– 135 m² waterdoorlaatbare grondoppervlakte (binnenkoer en tuin)